Zaterdag 24 november
De week was rotslecht begonnen. Voor we naar het fabriek vertrokken, checkte ik nog gauw even mijn mailbox om er het ontstellende bericht te vinden dat mijn jongste nonkel onverwacht overleden was. Probeer maar eens je kop bij de prijsdiscussies te houden wanneer je veel meer in de mood bent om te zitten janken. En daarbovenop kwam nog maar eens een drieëneenhalf uur durend pleidooi tegen de architect. Hij gaf toe dat hij een fout gemaakt had, wat als gevolg had dat de constructie voor het verlaagd plafond heel wat duurder zou uitkomen dan gebudgeteerd. Hij verstond wonderlijk genoeg dat je niet meer kan uitgeven dan je hebt en dat er dan ergens anders een specificatie moest aangepast worden. Ik wist al van het constructiebedrijf dat er nog een marge zat in sommige materialen en moest mijn vriend enkel zover krijgen dat hij het op papier wou zetten. Hij is al veel inschikkelijker geworden en niemand spreekt ‘Aidewen’ zo lief uit als hij.
Met de contracten van de constructiewerken afgestempeld, zijn de dagen nu gevuld met separatiewanden, brand-, sectoriële, houten, glazen deuren, brandbeveiliging, sanitair, naambord,... en dat alles door elkaar gemixt. Niemand heeft hier een agenda. Je belt iemand op en binnen het uur staat die er. Vaak ook zonder dat je ze gevraagd hebt en dan zitten er twee of drie geduldig te wachten tot je even tijd hebt.

De blusinstallatie wordt uitgetest.

Alles werkt...hoewel het water niet allemaal van de juiste kant komt.
Intussen had ik een flinke snotvallling opgeschard en zaten neus, keel, oren en alles ertussen propvol. Ik moet er wel heel slecht uitgezien hebben. ‘De meisjes’ hadden duidelijk bijeengezeten en beslist dat ik verzorging nodig had. Monica, de HR manager, kwam me oploszakjes brengen. Ik kon niet lezen wat erop stond, maar het was zo goed bedoeld en ik voelde me zo slecht dat ik ze met plezier innam. Helen kwam zeggen dat ik maar moest roepen als ze iets moest doen, Catherine wreef troostend over mijn arm als ik haar passeerde en ze wezen me er geregeld op dat ik meer moest drinken. Jan was naar Shenzhen vertrokken en met YX al twee weken in België, was ik ook nog eens het aanspreekpunt voor alle dagdagelijkse probleempjes. Tien uren slaap en de Chinese medicijnen zorgden ervoor dat ik er de volgende dag al beter toonbaar uitzag. Het was ook iets minder koud dan de voorgaande dagen. Iedereen is hier gewoon van met een temperatuur van 3 graden zonder verwarming te zitten werken. Ze zetten de ramen zelfs open. Ik zit met twee truien en een skijas nog te rillen. De firma van de airco’s/heating is langsgeweest. Hopelijk is daarvoor maandag ook alles rond zodat die dingen kunnen besteld worden.
Woensdagnamiddag ben ik met Monica naar de baby van Shi gaan kijken. Ik dacht ‘eventjes’ over en weer te gaan, maar zijn schoonouders wonen een heel eind rijden aan de andere kant van de rivier. Shi’s vrouw is bij haar ouders gaan inwonen en hij bezoekt hen enkel in het weekend.

Onderweg: ik mag er niet aan denken wat er buiten de kip op het menu staat!
Mijn komst was een hele begankenis. De schoonvader en vader –die speciaal vanuit het centrum erheen was gereisd om me te ontvangen- stonden ons op straat op te wachten. Ik werd met zoveel egards ontvangen dat ik er verlegen van werd. Op de salontafel stonden bananen, mandarijnen, chocolaatjes en thee klaar en alles wat ik deed of zei werd op video opgenomen. De baby was lief, mooi, klein en had pekzwart haar en dat heb ik hen met mijn beperkte taalkennis zo overtuigend mogelijk proberen te vertellen. Het jongetje heeft nog geen naam gekregen. Dat is een heel gewichtige zaak waar heel wat studiewerk bij komt kijken en waar de nodige tijd voor genomen wordt.
Vervolgens kwam ‘oom’, de schoonvader maar je spreekt een oudere man hier met die titel aan, me een boek voorstellen over de bouwprojecten van de wijk. Hij is een gepensioneerd leraar wiskunde en had het doceren er nog helemaal inzitten. Ik kreeg verschillende exemplaren van zijn eigengemaakt papiersnijwerk als kado. Daarna was het de beurt aan de vader die de uitleg deed over de goede kwaliteit en de versheid van zijn zelfgekweekte groenten. Wanneer ik er tijd voor had, zou hij ze voor me klaarmaken. De vrouw en de schoonmoeder wisten hun plaats: de achtergrond. In hun woning was ook geen verwarming. Geen wonder dat er niemand klaagt in het fabriek.

Op kraambezoek
Donderdag was ongevallendag. Op weg naar het fabriek zagen we het eerste serieuze accident, met meer dan blikschade. Het slachtoffer zag er niet goed uit. Ons vervoer gebeurt met het firmabusje en met de CVT-wagen, waarin Wei tijdelijk achter het stuur zit. Wie eerst klaar staat, stapt in bij Tom en de laten –waartussen Jan en ik meestal zitten- kruipen bij Wei. Op terugweg zagen we twee auto’s tegeneen geplakt staan, waarvan één onze Tom was! No problem, zei Ma, de IT-man. Enkel een 100 RMB-ongeval. Met een briefje naar de andere chauffeur door te schuiven, was alles opgelost. In het busje zit wel de zoveelste deuk. Elke week zijn we een bluts of schar rijker. Ook Wei heeft vorige week een kusje gegeven. Dat was 150 RMB waard.
De schilders zijn bijna klaar met de eerste laag. Anders dan bij ons is dat een soort bezetting die ze bovenop de vorige verf zetten. Gelukkig zit het schoonmaken van de ramen in het contract, want ze klodderen er aardig op los!

De schilders in actie
En vermits de maand weer om is, zijn we er nog maar eens op uitgevlogen. Jan heeft de ferry van Shenzhen naar Macau gekomen en ik de vlieger uit Nanjing. We zitten hier in een enorme hotelbak, 3000 kamers groot, een hele stad op zich en alles echte Venetiaanse fake. Je kan binnen en buiten bootje varen met een zingende gondelier en verdwalen in de winkelgalerijen. Het hart waar alles om draait ligt centraal onderin: het casino. Dat moeten we misschien eens uitproberen nu de beurs het zo slecht doet!

De straten binnenin het hotel met geschilderde lucht en wolkjes.

'O sole mio' zingt de gondelier

De afdaling naar het casino
Met de contracten van de constructiewerken afgestempeld, zijn de dagen nu gevuld met separatiewanden, brand-, sectoriële, houten, glazen deuren, brandbeveiliging, sanitair, naambord,... en dat alles door elkaar gemixt. Niemand heeft hier een agenda. Je belt iemand op en binnen het uur staat die er. Vaak ook zonder dat je ze gevraagd hebt en dan zitten er twee of drie geduldig te wachten tot je even tijd hebt.

De blusinstallatie wordt uitgetest.

Alles werkt...hoewel het water niet allemaal van de juiste kant komt.
Intussen had ik een flinke snotvallling opgeschard en zaten neus, keel, oren en alles ertussen propvol. Ik moet er wel heel slecht uitgezien hebben. ‘De meisjes’ hadden duidelijk bijeengezeten en beslist dat ik verzorging nodig had. Monica, de HR manager, kwam me oploszakjes brengen. Ik kon niet lezen wat erop stond, maar het was zo goed bedoeld en ik voelde me zo slecht dat ik ze met plezier innam. Helen kwam zeggen dat ik maar moest roepen als ze iets moest doen, Catherine wreef troostend over mijn arm als ik haar passeerde en ze wezen me er geregeld op dat ik meer moest drinken. Jan was naar Shenzhen vertrokken en met YX al twee weken in België, was ik ook nog eens het aanspreekpunt voor alle dagdagelijkse probleempjes. Tien uren slaap en de Chinese medicijnen zorgden ervoor dat ik er de volgende dag al beter toonbaar uitzag. Het was ook iets minder koud dan de voorgaande dagen. Iedereen is hier gewoon van met een temperatuur van 3 graden zonder verwarming te zitten werken. Ze zetten de ramen zelfs open. Ik zit met twee truien en een skijas nog te rillen. De firma van de airco’s/heating is langsgeweest. Hopelijk is daarvoor maandag ook alles rond zodat die dingen kunnen besteld worden.
Woensdagnamiddag ben ik met Monica naar de baby van Shi gaan kijken. Ik dacht ‘eventjes’ over en weer te gaan, maar zijn schoonouders wonen een heel eind rijden aan de andere kant van de rivier. Shi’s vrouw is bij haar ouders gaan inwonen en hij bezoekt hen enkel in het weekend.

Onderweg: ik mag er niet aan denken wat er buiten de kip op het menu staat!
Mijn komst was een hele begankenis. De schoonvader en vader –die speciaal vanuit het centrum erheen was gereisd om me te ontvangen- stonden ons op straat op te wachten. Ik werd met zoveel egards ontvangen dat ik er verlegen van werd. Op de salontafel stonden bananen, mandarijnen, chocolaatjes en thee klaar en alles wat ik deed of zei werd op video opgenomen. De baby was lief, mooi, klein en had pekzwart haar en dat heb ik hen met mijn beperkte taalkennis zo overtuigend mogelijk proberen te vertellen. Het jongetje heeft nog geen naam gekregen. Dat is een heel gewichtige zaak waar heel wat studiewerk bij komt kijken en waar de nodige tijd voor genomen wordt.
Vervolgens kwam ‘oom’, de schoonvader maar je spreekt een oudere man hier met die titel aan, me een boek voorstellen over de bouwprojecten van de wijk. Hij is een gepensioneerd leraar wiskunde en had het doceren er nog helemaal inzitten. Ik kreeg verschillende exemplaren van zijn eigengemaakt papiersnijwerk als kado. Daarna was het de beurt aan de vader die de uitleg deed over de goede kwaliteit en de versheid van zijn zelfgekweekte groenten. Wanneer ik er tijd voor had, zou hij ze voor me klaarmaken. De vrouw en de schoonmoeder wisten hun plaats: de achtergrond. In hun woning was ook geen verwarming. Geen wonder dat er niemand klaagt in het fabriek.

Op kraambezoek
Donderdag was ongevallendag. Op weg naar het fabriek zagen we het eerste serieuze accident, met meer dan blikschade. Het slachtoffer zag er niet goed uit. Ons vervoer gebeurt met het firmabusje en met de CVT-wagen, waarin Wei tijdelijk achter het stuur zit. Wie eerst klaar staat, stapt in bij Tom en de laten –waartussen Jan en ik meestal zitten- kruipen bij Wei. Op terugweg zagen we twee auto’s tegeneen geplakt staan, waarvan één onze Tom was! No problem, zei Ma, de IT-man. Enkel een 100 RMB-ongeval. Met een briefje naar de andere chauffeur door te schuiven, was alles opgelost. In het busje zit wel de zoveelste deuk. Elke week zijn we een bluts of schar rijker. Ook Wei heeft vorige week een kusje gegeven. Dat was 150 RMB waard.
De schilders zijn bijna klaar met de eerste laag. Anders dan bij ons is dat een soort bezetting die ze bovenop de vorige verf zetten. Gelukkig zit het schoonmaken van de ramen in het contract, want ze klodderen er aardig op los!

De schilders in actie
En vermits de maand weer om is, zijn we er nog maar eens op uitgevlogen. Jan heeft de ferry van Shenzhen naar Macau gekomen en ik de vlieger uit Nanjing. We zitten hier in een enorme hotelbak, 3000 kamers groot, een hele stad op zich en alles echte Venetiaanse fake. Je kan binnen en buiten bootje varen met een zingende gondelier en verdwalen in de winkelgalerijen. Het hart waar alles om draait ligt centraal onderin: het casino. Dat moeten we misschien eens uitproberen nu de beurs het zo slecht doet!

De straten binnenin het hotel met geschilderde lucht en wolkjes.

'O sole mio' zingt de gondelier

De afdaling naar het casino


0 Comments:
Post a Comment
<< Home