Maandag, 10 maart
Als ze er invliegen, dan gaat het vooruit! Vanaf maandag was het huis een werf. Losse bezetting werd weggetikt, overdadig opgevuld en met wolken stof afgeslist. Natuurlijk hoort afdekken er niet bij. Ik kan de logica niet volgen dat je je schoenen uitdoet uit propreteit en er dan geen graten in ziet bezetsel in het rond te smeren en waterachtige verf overal op te laten druppen. De deuren werden bijgeregeld, sloten afgesteld en zelfs –ongevraagd- plinten vervangen.
ongevraagd ook nieuwe plinten
Daartussenin papte de behanger de panden op de vloerstenen in de gang. Dat spaarde een tafel uit.
Inpappen op de vuile vloer
Het plaksel zit zo vast op de grond dat ik het er weer stukje bij beetje zal moeten afkrabben. Elke avond was het even op de tanden bijten bij het zien van de ongelooflijke vuilhoop die een dag repareren had opgebracht. Maar hoe meer je zwabbert, des te sneller het gaat en een warme douche kunnen nemen in de badkamer boven voelt, ondanks het nog miezerige straaltje, al als een hele vooruitgang aan. Ook de electriciteit is nagekeken. Voorlopig brandt elke lamp en komt uit elk stopcontact stroom. Met elektrische verbindingen springen ze hier iets anders om dan bij ons. Twee draden worden ineengedraaid en omwonden met isolatielint. Dat is het. Juist voor hun vertrek had ik de stomme ingeving ze te vragen het plaatje van de telefoondraad nog te bevestigen. De plug kon niet door de opening. Zonder nadenken knipte hij de lijn over. Die was zo fijn dat hij het omhulsel er niet meer afgestript kreeg. Geen telefoon, geen internet. Meiwenti. Geeft niets. Terwijl ik de boel nog maar eens ontstofte, is Jan een nieuwe kabel gaan kopen, want zonder internet zitten we wel ver weg.
De houding van de werkers ten opzichte van mij is eerst nors en afwijzend. Ze kijken me niet aan en, indien mogelijk, lopen ze me straal voorbij. Ik zie dan wel aan de richting waar ze uitgaan wat ze komen doen en zet mijn activiteiten verder. Na een tijdje zien ze dat ik niet bijt en komen ze loeren naar wat ik doe. Is het op de computer, dan laat ik ze meekijken. Bij het wegkrabben van hun verf, kijken ze vol verbazing naar het fanatisme waarmee ik de stenen en ramen aanpak. Eentje maakte de opmerking dat het er net nieuw uitzag. Dat is nu eenmaal wat ik verwacht van een nieuw huis. De derde dag is het ijs gebroken en lopen ze het hele huis te bestuderen. In de kasten nog net niet wanneer ik erbij ben.
Controle en opkuis van het dak
Titels zijn heel belangrijk. Zijn de werkmannen met z’n tweetjes, dan spreekt de ene de andere aan met ‘laoban’, baas. In het fabriek was dat ook al zo. Zelfs een engelstalige mail, start met ‘dear boss’. Niet enkel het hoofd wordt met zijn graad aangesproken. Zo is Tom voor de Chinezen ‘chauffeur’.
Jan en ik moeten elke avond onze rijervaringen aan elkaar kwijt. Hoewel we intussen al heel wat gewoon zijn, is elk ritje toch goed voor een nieuwe topper. Autostraderijden moet je je voorstellen als een constante scan. Van de zijberm, waar altijd iemand uit kan spurten, over het wegdek, om de kraters te kunnen ontwijken, naar de middenberm op zoek naar overstekers. Vervolgens een blik in de verte om de verkeerssituatie in te schatten en een voorspelling te maken van wat de voorgangers zullen doen. Zware vrachtwagens en kleine tufkarren rijden links. Zie je dat in de verte, dan weet je dat de wave naar rechts zal gaan. Rijdt er iets rechts, dan gaat de middenvakker naar links, uit voorzorg, zoals bij een oprit. Voor een splitsing staat gegarandeerd een auto stil in het midden om aandachtig de borden te lezen en zijn keuze te maken. Die vertrekt dan in een slakkengang en het is aan die achter hem om te ontwijken. Erger was het de laatste keer. Toen reed een dikke audi achteruit op het linker rijvak omdat hij honderd meter achter zich de afslag –rechts- had gemist. Mijn bovenkamer gaat dan van onbehagen over niet weten wat er zal komen, naar ongeloof en tenslotte zit ik in mijn eentje te grinniken achter het stuur.
De activiteit bij onze buren is stilgevallen.
Een buurman in actie
De meeste tenten zijn opgevouwen. Het was anders een amuzement ze te volgen terwijl ik aan mijn krabwerk bezig was. Niet alles was even interessant... De schutting was de sanitaire afdeling. Terwijl ze deftig met hun rug naar hun makkers stonden te plassen, had ik perfect voorzicht. Zo ook was ik de gegeneerde wanneer ze hun broek afstroopten voor een grote boodschap onderwijl vriendelijk knikkend naar mij op mijn terras.
Enkel aan de electriciteitspalen zie je nog wat het reliëf geweest is
Het koken zit nog in een experimenteel stadium. Alles smaakt iets anders dan thuis. Deze week heb ik een dikke tong gekocht, een familielid van onze Noordzeetongen: hetzelfde vel, dezelfde schele ogen, maar zwoelere lippen en venijnigere tandjes.
een lekkere tong
Aan het proeven van deze goedkope delicatesse ging een gevecht met het vel en de ingewanden vooraf. Wat het bakken aangaat, denk ik dat ik gist gekocht heb. Nu nog uitproberen of er cake en pizza mee te maken is. In de winkels is weinig broodbeleg te koop. Westerse charcuterie en kaas is overdreven duur en de Chinese worstjes smaken zoet. De enige oplossing is het zelf te fabriceren. Americain maken is gemakkelijk en gekookt kippenwit en frikadellenkoek zijn lekkere alternatieven.
En Petrina is bevallen! Een maand te vroeg en met een keizersnede. Malcolm en zij zijn in de wolken met hun Adrianna.
Adrianna Liang Le En
Ik ben terug in mijn boeken gedoken. Nu er weer wat ruimte vrij gekomen is onder mijn hersenpan, kwam spontaan de zin in karakters weer boven. Na een rustperiode schuiven ze precies beter naar binnen.
Het weer toonde elke dag een ander gezicht. Van 6 graden en miezer, over 17 met een stralende zon, naar een mistige start maar opentrekken en 22 graden. Ik denk dat de koude nu echt voorbij is.
ongevraagd ook nieuwe plintenDaartussenin papte de behanger de panden op de vloerstenen in de gang. Dat spaarde een tafel uit.
Inpappen op de vuile vloerHet plaksel zit zo vast op de grond dat ik het er weer stukje bij beetje zal moeten afkrabben. Elke avond was het even op de tanden bijten bij het zien van de ongelooflijke vuilhoop die een dag repareren had opgebracht. Maar hoe meer je zwabbert, des te sneller het gaat en een warme douche kunnen nemen in de badkamer boven voelt, ondanks het nog miezerige straaltje, al als een hele vooruitgang aan. Ook de electriciteit is nagekeken. Voorlopig brandt elke lamp en komt uit elk stopcontact stroom. Met elektrische verbindingen springen ze hier iets anders om dan bij ons. Twee draden worden ineengedraaid en omwonden met isolatielint. Dat is het. Juist voor hun vertrek had ik de stomme ingeving ze te vragen het plaatje van de telefoondraad nog te bevestigen. De plug kon niet door de opening. Zonder nadenken knipte hij de lijn over. Die was zo fijn dat hij het omhulsel er niet meer afgestript kreeg. Geen telefoon, geen internet. Meiwenti. Geeft niets. Terwijl ik de boel nog maar eens ontstofte, is Jan een nieuwe kabel gaan kopen, want zonder internet zitten we wel ver weg.
De houding van de werkers ten opzichte van mij is eerst nors en afwijzend. Ze kijken me niet aan en, indien mogelijk, lopen ze me straal voorbij. Ik zie dan wel aan de richting waar ze uitgaan wat ze komen doen en zet mijn activiteiten verder. Na een tijdje zien ze dat ik niet bijt en komen ze loeren naar wat ik doe. Is het op de computer, dan laat ik ze meekijken. Bij het wegkrabben van hun verf, kijken ze vol verbazing naar het fanatisme waarmee ik de stenen en ramen aanpak. Eentje maakte de opmerking dat het er net nieuw uitzag. Dat is nu eenmaal wat ik verwacht van een nieuw huis. De derde dag is het ijs gebroken en lopen ze het hele huis te bestuderen. In de kasten nog net niet wanneer ik erbij ben.
Controle en opkuis van het dak Titels zijn heel belangrijk. Zijn de werkmannen met z’n tweetjes, dan spreekt de ene de andere aan met ‘laoban’, baas. In het fabriek was dat ook al zo. Zelfs een engelstalige mail, start met ‘dear boss’. Niet enkel het hoofd wordt met zijn graad aangesproken. Zo is Tom voor de Chinezen ‘chauffeur’.
Jan en ik moeten elke avond onze rijervaringen aan elkaar kwijt. Hoewel we intussen al heel wat gewoon zijn, is elk ritje toch goed voor een nieuwe topper. Autostraderijden moet je je voorstellen als een constante scan. Van de zijberm, waar altijd iemand uit kan spurten, over het wegdek, om de kraters te kunnen ontwijken, naar de middenberm op zoek naar overstekers. Vervolgens een blik in de verte om de verkeerssituatie in te schatten en een voorspelling te maken van wat de voorgangers zullen doen. Zware vrachtwagens en kleine tufkarren rijden links. Zie je dat in de verte, dan weet je dat de wave naar rechts zal gaan. Rijdt er iets rechts, dan gaat de middenvakker naar links, uit voorzorg, zoals bij een oprit. Voor een splitsing staat gegarandeerd een auto stil in het midden om aandachtig de borden te lezen en zijn keuze te maken. Die vertrekt dan in een slakkengang en het is aan die achter hem om te ontwijken. Erger was het de laatste keer. Toen reed een dikke audi achteruit op het linker rijvak omdat hij honderd meter achter zich de afslag –rechts- had gemist. Mijn bovenkamer gaat dan van onbehagen over niet weten wat er zal komen, naar ongeloof en tenslotte zit ik in mijn eentje te grinniken achter het stuur.
De activiteit bij onze buren is stilgevallen.
Een buurman in actieDe meeste tenten zijn opgevouwen. Het was anders een amuzement ze te volgen terwijl ik aan mijn krabwerk bezig was. Niet alles was even interessant... De schutting was de sanitaire afdeling. Terwijl ze deftig met hun rug naar hun makkers stonden te plassen, had ik perfect voorzicht. Zo ook was ik de gegeneerde wanneer ze hun broek afstroopten voor een grote boodschap onderwijl vriendelijk knikkend naar mij op mijn terras.
Enkel aan de electriciteitspalen zie je nog wat het reliëf geweest isHet koken zit nog in een experimenteel stadium. Alles smaakt iets anders dan thuis. Deze week heb ik een dikke tong gekocht, een familielid van onze Noordzeetongen: hetzelfde vel, dezelfde schele ogen, maar zwoelere lippen en venijnigere tandjes.
een lekkere tongAan het proeven van deze goedkope delicatesse ging een gevecht met het vel en de ingewanden vooraf. Wat het bakken aangaat, denk ik dat ik gist gekocht heb. Nu nog uitproberen of er cake en pizza mee te maken is. In de winkels is weinig broodbeleg te koop. Westerse charcuterie en kaas is overdreven duur en de Chinese worstjes smaken zoet. De enige oplossing is het zelf te fabriceren. Americain maken is gemakkelijk en gekookt kippenwit en frikadellenkoek zijn lekkere alternatieven.
En Petrina is bevallen! Een maand te vroeg en met een keizersnede. Malcolm en zij zijn in de wolken met hun Adrianna.
Adrianna Liang Le EnIk ben terug in mijn boeken gedoken. Nu er weer wat ruimte vrij gekomen is onder mijn hersenpan, kwam spontaan de zin in karakters weer boven. Na een rustperiode schuiven ze precies beter naar binnen.
Het weer toonde elke dag een ander gezicht. Van 6 graden en miezer, over 17 met een stralende zon, naar een mistige start maar opentrekken en 22 graden. Ik denk dat de koude nu echt voorbij is.


0 Comments:
Post a Comment
<< Home