Wednesday, March 25, 2009

Donderdag 26 maart 2009

Na het uitje in Cambodja kwamen we terug in de Chinese realiteit. Dat betekende voor mij nog maar eens de werken in huis. Het was een komen en gaan van ingenieurs om de waterlek in het plafond van de ontvangstkamer te analyseren. Zhou meldde dat het een complex probleem was, wat vrij vertaald wil zeggen dat ze geen oplossing wisten. Het verdict luidde dat de waterproof tussen de twee verdiepingen verbroken was en ze die gingen herstellen. Daarvoor boorden ze taps in de verkleurde betonplekken van het plafond om daarlangs een isolator onder druk op te spuiten. Ofwel scheelt er iets aan mijn redeneervermogen, maar naar mijn mening is dit louter symptomatisch werken en krijgen we het water later wel op een andere plek te zien. Ik heb tekeningetjes gemaakt, dwarsdoorsnedes, vergrotingen, alles om uit te leggen dat water niet zomaar vrij tussen de verdiepingen hoort en dat er ergens een lek moet zitten die ze eerst moeten repareren. Hopeloos. De ingenieurs hebben het zo beslist en zo zal het gebeuren. De twee mannen die het moeten uitvoeren slaagden erin alles wat de knappe ploegbaas zo mooi had afgeplakt in een mum van tijd naar beneden te halen en de grond in een stort te veranderen. Het ergste is dat één van de twee verkouden is en zijn fluimen IN HUIS op de grond spuwt! Na mijn les in basishygiëne, zal hij dat hopelijk wel laten! Hij is in vervoering door mijn strijkkunst en kan er heel zijn pauzetijd op staan kijken. Ze willen altijd weten hoe oud ik ben en waar ik vandaan kom. Ik start dan Google Earth op en toon ze waar Bilishi ligt. In een handomdraai wentelt de wereldbol vervolgens naar China om in te zoomen op Nanjing en binnen te dringen in het compound. Wild worden ze daarvan! Ik vind het ook nog steeds een prachtige site!


Een isolator wordt onder druk in de betonlaag gespoten.

Voor de heropbouw van de houten vloeren, de plinten en het pleisterwerk willen ze me acht opeenvolgende dagen thuis plakken. Dat was ook goed voor een pittig gesprek. In onze straat dumpten ze ’s morgens meer dan 100 tuinders. Wanneer ze die ’s avonds kwamen ophalen waren de kilometerslange borders van bomen en planten voorzien, opgehoogd met zand en beschermd met stro. Naast ons leggen ze in een week tijd een nieuwe straat met riolering en boordstenen. Mijn tegenvoorstel is de twee man en acht dagen te veranderen in acht man op twee dagen. We zien wel weer.


Elk uur zie je de straat groeien


In het compound wordt weer met bomen gegoocheld alsof het niets is

Gelukkig word ik tussendoor gelucht. Op de badminton zijn we overgeschakeld op ‘shuang da’, dubbelspel, en dat geeft meer plezier voor minder inspanning. Voor het eerst in meer dan een jaar zat ik terug in de yoga in de Crowne Plaza. Helen, de vrouw van directeur Wu, had erop aangedrongen. De nieuwe lerares voelde zich geroepen om een zetje bij te geven wanneer ik al op mijn verste punt zat en dat resulteerde ’s avonds in een geradbraakt karkas. Vrijdag was ik op de lunch gevraagd bij Britt, een Zweedse waarmee het op de Cambodjatrip goed klikte. Ze woont in een compound op de Purperen Berg. In maart vindt daar het Plum Blossom Festival plaats. Het was een zonnige dag en we wandelden uren tussen de bloesems over de berg.


Met Britt voor de prunussen


De Purperen Berg is een geliefde plaats voor schooluitstappen. De kleuters worden aan het lijntje gehouden.

Het eerste jaar hadden we de kant van Sun Yat Sen bezocht. De meer dan duizend trappen die we in de hitte afstapten, benamen toen alle zin in een verdere verkenning. Ik heb voor ons beide een jaarkaart genomen, zodat we de Ming Tombe en het park errond tussendoor kunnen bezichtigen. Vooral ook omdat in de hoek van het park een meer ligt met helder water waar het hele jaar door vrij in gezwommen kan worden!



De laan met wachters voor de Ming Tombe: een kant van de Purperen Berg die we nog verder moeten verkennen

Wednesday, March 18, 2009

Donderdag 19 maart 2009

De cursus Chinees aan de Nanjing University is er door mijn druk programma weer niet van gekomen. Woensdag had ik afgesproken met Patricia, een Zwitserse, die wel gestart is. Samen met drie van haar klasgenoten zijn we gaan eten in een straatrestaurantje nabij de universiteit. Een zestigjarige Colombiaanse, een dertigjarige Zwitserse, een Spanjaard van vijfentwintig, een nog jongere Braziliaanse en ik: een bont gezelschap met gespreksstof in overvloed. De drie zijn nog maar net in Nanjing aangekomen en hun eerste indrukken klinken heel gekend. Iedereen die niet-Chinees is, heeft hier, ondanks de onderlinge verschillen, ineens veel gemeenschappelijk!

Zo was het ook op de Cambodjatrip van de Nanjing International Club. Donderdagochtend verzamelden 34 slaperige expats rond het vlaggetje van Mr Chen, de reisleider, op de luchthaven voor een vierdaagse reis naar Siem Reap: een vertegenwoordiging uit Duitsland, Zweden, België, Oostenrijk, Engeland, Frankrijk, Nederland en de US. Twee uur vlucht naar Guangzhou, drie uur Chinees runnen (een hier geleerd kaartspel) en weer twee uur vlucht, bracht ons tegen drieën in Siem Reap, de meest toeristische stad van Cambodja. De stad zelf stelt niets voor: 5 km lang, 3 km breed, een aaneenhang van oude dorpjes overgoten met een Frans koloniaal tintje. Alles draait om het nabijgelegen Angkor Wat, de oude hoofdstad, waar op een beperkte oppervlakte een groot aantal tempelruïnes te bezichtigen zijn.


Siem Reap, provincie en meest toeristische stad van Cambodja

Op de luchthaven van Siem Reap gaf Chen de vlag door aan Vuthy, de plaatselijke gids. Een bonk van een kerel die met een hinnikende lach om zijn eigen moppen de hele bus plat kreeg. Uit elke zin bleek de grote liefde voor zijn land en verbittering over het verleden. We kregen een eerlijk antwoord op onze vele vragen. De Fransen in het gezelschap stonden geregeld met rode kaken wanneer hun aandeel in de geschiedenis aan bod kwam. Ik kijk wel uit een georganiseerde reis naar Kongo te ondernemen!


Vuthy telde zijn kuikens als een bezorgde hen. Hij maakte ons attent op duizendenéén details, plaatste alles in de juiste context, nam ons mee in het trieste verleden en verhelderde het heden van zijn geliefde land

Na een snelle inspectie van onze kamers, doken we de bus in richting Tonle Sap Lake. Dit is het grootste meer van zuidoost Azië. Gedurende de droge periode, van november tot eind mei, loopt het leeg in de Mekong rivier en beslaat het bijna 3000 km2. Tijdens de moessons zet het uit tot 16000 km2, stijgt 8 meter en overspoelt daarbij velden en bossen. De bevolking paste hun woonstijl aan. In de hoger gelegen gebieden zie je ‘steltwoningen’. Palen kan je de dunne staken niet noemen waarop de hutten gebouwd zijn.


Hoog op hun akelig dunne boomstammen wachten de hutten tot het water stijgt en ze een aantrekkingsplaats worden voor vissers en picknickers

Op en langs de huidige rand van het meer leven de mensen op vlotten en in woonboten. We werden vanuit de bus overgeladen in twee motorboten en voeren door het bruine modderwater het meer op. Het is decoratief, fotogeniek, een belevenis om erdoor te varen, maar wat een ellende als je daar moet wonen! Geen stromend water. Alles voor consumptie moet aangebracht worden. Was en plas gebeurt in het meer. De antenne op het dak van sommige hutten, is dan weer totaal onverwacht. Met een generator voorzien ze hun zwart-wit televisie van stroom. We zagen hen ’s avonds gezellig met z’n allen voor de buis zitten!


Zoals een toerist uit China betaamt, kregen we allemaal dezelfde hoed op en die kwam in de grote hitte goed van pas


Woningen op de –tijdelijke- oever


Op vlotten


Met alles erop en eraan


Even bijtanken aan de fuel station


Vissersdorpen op het meer


Woningen op het water


Het meer zit overvol vis


We meerden aan bij een kwekerij van katvis en krokodillen. Niet dat die laatsten vrij in het meer leven. Ze worden gehouden voor de export van vlees en huid

Voor het bewonderen van de zonsondergang en het eerste avondmaal stapten we over op Tara, een oud restaurantschip. De terugvaart door de zwarte nacht, gaf de nodige problemen. De motor van onze boot had op heenweg geregeld gesputterd en viel nu kompleet stil. De hoeveelheid fuel die de bootsman had ingenomen, was aan de zuinige kant en hij moest ons terugroeien voor een tweede tankbeurt vooraleer we konden voorttuffen tot aan de wachtende bus. Er restte nog juist genoeg tijd voor een snelle duik onder een volle maan in het hete water van het zwembad.


Het buffet op de restaurantboot stond ruim op tijd in de warmte op ons te wachten. Het waren voorzichtige hapjes om de honger te stillen!


En toen ging de zon onder. In de pekzwarte nacht verschenen geleidelijk duizenden sterren


Zonder fuel weigerde de motor dienst en was het peddelen tot aan de fuel station

De volgende drie dagen werkten we tien tempels af. Elk gekozen voor hun specifieke kenmerken in grootte, ligging of afwerking zodat we op de korte tijd een goed overzicht kregen van de bijna 100 ruïnes.
De eerste tempel op het programma was Angkor Wat, de absolute ‘must’ voor elke tempelbezoeker. Op de weg erheen kwamen we door nieuw opgebouwde dorpen. Elke paalwoning lijkt een modelwoning met een eigen waterput, een oven, een schoongeveegd erf.....en een plaatje met de vlag van de sponsor. Voor zo’n ondersteuning zijn doorgaans maar twee verklaringen: of er valt iets te rapen of het is uit eerlijke schaamte voor alle ellende die ze hebben bezorgd. Hier geldt vooral het laatste. Je moet maar de pech hebben dat je wieg op de verkeerde plaats stond. Na jaar en dag alle buren en verder afgelegen wereldverbeteraars over de vloer gehad te hebben, kregen ze als toemaatje ook nog het bewind van Pol Pot en zijn Rode Khmer over zich. Het geheel resulteerde in een bodem vol landmijnen, analfabetisme en armoede. Tien jaar is het land nu oorlogsvrij. Het toerisme kent een snelle groei. Jaarlijks komen twee miljoen bezoekers de oude tempels bewonderen. Het grof geld gaat naar de buitenlandse investeerders in de vijfsterrenhotels en de uitbating van de tempels. De khmer pikken de kleine graantjes op. Overal wachten motortaxi’s en vanaf het openen tot wegrijden van de bus wordt die bestormd door leurders. ‘Three for one dollar’ was de meest gehoorde roep. De lokale munt, de riel, hoef je niet op zak te hebben. Elke transactie gebeurt in krakend verse dollars. Met een scheurtje of gekreukt accepteren ze de briefjes niet, hoewel ze uit de plaatselijke ATM komen.


In deze periode is het land dor en stoffig.


Voornamelijk kinderen worden als leurder ingezet. Ze zien aan je neus hoe ze je moeten aanpakken en zijn heel lief maar vasthoudend. Dit meisje was de topverkoopster. Ze draaide Frans, de Nederlander in het gezelschap, zo rond haar vingertjes dat hij armbanden voor elke vrouw in de bus kocht.

Onderwijs is gratis, maar niet verplicht. Door het tekort aan leerkrachten wordt in twee shiften les gegeven: de ochtend- en middagploeg. De meeste kinderen zijn echter broodnodig voor de visvangst en rijstteelt om rond te komen.


In de fruitstalletjes waren kokosnoten, ananas en mango’s te koop


Aan elke tempel stonden souveniersstalletjes met een identiek assortiment: sjaals –real silk-, t-shirts en petten, armbanden, postkaarten,...

De eerste blik op Angkor Wat doet je even slikken. Dit massieve zandstenen bouwwerk uit de 12de eeuw is adembenemend. Zoals de meeste andere tempels is het van oorsprong hindoe, maar later omgevormd ter ere van Boeddha. De galerijen en deurstijlen zijn rijkelijk versierd en veel van de inkervingen zijn goed bewaard gebleven.


Voor Angkor Wat


De inkervingen en bas-reliëfs geven het onder-, boven- en aardse leven weer




Eén van de twee bibliotheken van Angkor Wat. De inhoud, papyrusvellen, is al lang vergaan

Na een snelle lunch in een Frans restaurant werden we naar Angkor Thom gereden. In deze koninklijke stad van 3 km2 is Bayon de centrale tempel. 37 Torens staan nog overeind en de meeste zijn versierd met vier reuzachtige lachende –waarschijnlijk- Boeddhagezichten.


Bayon


Reuze Boeddhagezichten lachen de vier windstreken toe vanop de torens van Bayon tempel

We namen de tijd om de vele versieringen op de verschillende etages te bekijken. Daardoor kregen we de Elephant Terraces enkel vanuit een wandelende bus te zien. Er stond ons nog een half uur klimmen te wachten om de zon te zien ondergaan op Phnom Bakheng, een tempelberg van waarop je over de bossen het meer kan zien. Elke toerist van Siem Reap die de steile trappen opdurfde was daar verenigd. We hadden er een gezellig praatje met landgenoten. Van een zonsondergang was niets te zien, want die verkoos zich die avond achter wolken en nevel terug te trekken.
Het avondmaal kregen we in een echte toeristenbak: een megazaal met honderden tafels waar je anderhalf uur de tijd kreeg om het buffet te plunderen terwijl dansers zich amuzeerden op het podium. Het eten was wel lekker en gevarieerd, als je tenminste doorheen de drummende Koreanen geraakte.
’s Avonds lieten we ons afzetten aan de avondmarkt, maar na een korte scan van de standaardsouveniers, ging het met de tuktuk bedwaarts.


De trappen op om de zon niet te zien ondergaan vanop Phnom Bakheng


Transport van ons avondmaal

Zaterdagochtend startte met het verderafgelegen Bantesay Srey. Een kleinschalige, fijne tempel in roze kalksteen met nog goed bewaarde versieringen en inscripties.


Fijne details in Bantesay Srey


Welke schatten in de torens opgeslagen hebben gelegen, is precies af te lezen uit de inscripties op de deurstijlen.

Er kwam heel wat trapwerk aan te pas om het robuuste East Mebon te beklimmen. Hoe hoger, des te smaller werden de treden. Om de hemel te bereiken, moet je moeite doen!


Steile trappen om de drie etages van East Mebon te beklimmen

Na de middag stond Ta Prohm geprogrammeerd. Deze door jungle overwoekerde ruïne is onze favoriet. Niet door de aparte architectuur of de speciale versiering, maar door de sfeer die het oproept.


Ta Prohm


De grens tussen flora en fauna vervaagt wanneer je de wortels als een octopus rond de muren ziet grijpen


Alles ziet er zo echt uit in deze spooktempel dat je verwacht dat de oorspronkelijke bewoners ook zullen verschijnen


Een boom om U tegen te zeggen

Als afronder van de dag stopten we nog even bij Ta Keo. Van deze tempel werd de bouw stilgelegd na een blikseminslag. Door dit slechte voorteken was de plaats niet meer geschikt voor verering van de goden.


Ta Keo


Minder druk bezocht en daardoor een rustige plaats om van het uitzicht te genieten

De laatste ochtend was voorbehouden voor drie tempels van de Roluosgroep uit de 9de eeuw. Lolei en Preah Ko zijn opgebouwd uit rode baksteen. De torens zijn in slechte conditie, maar er zijn nog mooie inkervingen bewaard gebleven.


Lolei


Beelden in de torens van Lolei tempel


De groep rond Vuthy


Preah Ko


Kinderen wachten op het einde van de rondgang om aan hun leurtaak te beginnen

We sloten het bezoek af in Bakong, de oudste grootschalige tempel, omgeven door bloemen en groen.


Boven de palmbomen verrijst de centrale toren van Bakong


Bakong

De reis was een succes. Daarover was iedereen het eens. Na drie dagen hadden we wel het tempelverzadigingspunt bereikt. Het verbaasde ons dat deze eeuwenoude gebouwen, dit werelderfgoed, vrij te betreden is. Iedereen loopt waar hij wil, vaak zonder respect en met snellere aftakeling tot gevolg. We vragen ons af hoe lang het vrije verkennen nog mogelijk zal zijn en raden iedereen die interesse heeft aan zo snel mogelijk deze unieke plaatsen te gaan bekijken!

Monday, March 09, 2009

Woensdag 11 maart 2009

Nu Nieuwjaar achter de rug is, gonst het overal, maar niet van de bijtjes. Is het nu afbraak of opbouw: geen stadsdeel ontsnapt aan de renovatie- en nieuwbouwwoede. In het centrum worden komplete wijken platgegooid en verrijst de ene toren na de andere. Ook naast ons zijn ze opnieuw in gang geschoten. Tot onze spijt zijn er blijkbaar geen nieuwe waardevolle vondsten blootgelegd en worden we voor zeven uur, zeven dagen op zeven, wakkergedonderd en -gedrild door het zwaar materieel dat wordt ingezet om de grond te nivelleren. Het meertje werd leeggezogen. Volgens de plannen lag het niet op de juiste plaats. Avondstilte is hier ongekend. Om elf uur is Jan op het terras gaan brullen dat het gedaan moest zijn. De intonatie van zijn gil was overtuigend. We kregen rust.


De stad in volle opbouw


Fase 3 van het compound kreeg een tweede start

Nog een stapje dichter is het in huis eveneens een werf. Maandagochtend stond een heel leger werklui voor de deur om aan de reparaties te beginnen. De dag ervoor had ik Zhou van het compound nochthans uitgelegd dat ik maandag uit zou zijn en ze pas dinsdag welkom waren. Het is altijd yes, yes, yes, maar deze keer konden ze op hun kop staan. Madam bleef niet thuis! Ik liet ze voldoende tijd om hun gereedschap in de garage te deponeren en even te kijken naar de airco, voor ze zich ergens anders moesten gaan uitleven.
We gaan er anders wel op vooruit. In plaats van stierennek en zijn handvol uit het veld geplukte helpers zonder hamer of schroevendraaier, schoten dinsdag enkele frisse, jonge kerels en hun knappe ploegbaas aan het werk. Ik was even onwennig toen ik ze alle garnituur zorgvuldig zag wegbergen en zelfs het behangpapier afdekken met (stinkende) zeilen. Dit was meer dan ik me in mijn zoetste dromen had kunnen voorstellen! Op één dag waren de houten vloeren rond de trap en in de ontvangstkamer en alle plinten en lage verlichting uitgebroken, de natte bezetting verwijderd en het plafond van de ontvangstkamer neergehaald. In die ontmantelde toestand moet het veertien dagen uitdrogen.


Daar gaat het plafond op zoek naar een niet te detecteren lek


Tegen de lente doet toch iedereen grote schoonmaak?

Architecten hebben geweldige ideeën om stopcontacten in de grond te leggen en verlichting decoratief onder de trap te laten branden. In geval van overstroming maakt dat dat de zekeringen met een indrukwekkende knal springen als je de schakelaar per ongeluk aanknipt en ze chronisch doorslaan door de natte contacten. Wat (zuiver) water door het huis is te overzien, maar alles in de fik, daar kijken we echt niet naar uit! De zaklampen die ik kocht toen we in ons huis trokken, hebben goed dienst gedaan.


De elektrieker vervangt de natte stopcontacten

Dit weekend heeft de Haima huisarrest gekregen. Toen ik vrijdag naar de garage ging voor een onderhoudsbeurt, werd ik opgelucht begroet. Ze hadden al verschillende berichtjes naar mijn GSM gestuurd om me te verwittigen dat mijn verzekering vervallen was. Per dag komen er wel tien boodschappen binnen, merendeels reclame. Ik delete ze automatisch, ook al omdat het me wat teveel tijd neemt om de karakters één per één te ontcijferen. De vernieuwde polis kon pas na het weekend geactiveerd worden. Het garagepersoneel vond dat ik gerust kon rijden, maar dan voorzichtig. Met de poolwagen achter de hand was het niet nodig om nodeloze risico’s te nemen. Ik zal toch meer aandacht moeten besteden aan mijn Chinese post.

Voor al wie vandaag 50 wordt en voor Bie in het bijzonder: zhu ni shengri kuaile!!!!


Jan, vers van de kapper, haalt zijn beloning op aan de overkant
Web Site Counter
Free Counter