Zaterdag 7 februari 2009
Rotorua is gelegen in een gebied vol geothermische wonderen. De stad zelf wordt ook wel ‘Spa City’ genoemd voor zijn groot aanbod aan stimulerende en helende baden. Hoewel we maar laat arriveerden, doken we nog snel de Polynesische spa in voor een half uurtje weken met zicht op het meer in het naar solfer ruikende hete water. Van dan af stonken we zoals de lucht en alles in de streek. Het kleine centrum heeft een gezellige restaurantstraat waar we nog tot laat tussen de andere toeristen op een terrasje zaten.

Polynesische Spa in Rotorua
Donderdag moesten we nog maar eens met de wekker opstaan voor de vertoning van 10 uur in de Whakarewarewa Thermal Area. Rond Rotorua zijn zo veel thermische attracties, dat we de raad van de motelbaas gevolgd hebben en zijn favoriete keuze genomen hebben. Op het domein is in een ‘Bokrijkhoek’ een Maoridorp nagebouwd. Heel primitief, maar dat was het waarschijnlijk ook. In de show zongen en dansten nazaten in strooien rokjes voor een publiek van hoofdzakelijk Aziaten die alles op video vastlegden. Het verzoek om op de paden te blijven, staat er niet voor niets. Tussen de dichte begroeiïng verschijnen stoomwolken op onvoorspelbare tijdstippen en plaatsen. Vreemd hoe die planten daar willen staan met het risico op verbrande onderdelen. Het meest spectaculaire is een rotsige zone waar geisers metershoog spuiten. We hadden geluk, want het had die nacht geregend. Het water sijpelt de grond in, wordt warm gestookt op de gloeiende rotsen, meters tot kilometers onder de grond, waarna de stoom zich een uitweg zoekt tussen de barsten in de aarde en sissend vrij komt. Hoe meer regen er valt, des te hoger gaat het. Overal komt rook uit kleine gaten en spleten. Modderpoelen borrelen en spuwen klodders aarde in het rond. Echt mooi is het niet en het is een stinkende bedoening, maar wel indrukwekkend tot akelig. Ik hield de grootste constant in ’t oog voor het geval dat hij eens écht in gang zou schieten.

Geiser

Vulkanisch landschap
Wat ik absoluut nog wou zien, was een Kiwi en dan nog liefst van dichtbij. In het park was er wel een Kiwihuis, maar het was er pikkedonker en de beesten lieten zich niet zien. Op onze weg naar het noorden passeerden we een Kiwi-reservaat. Het kleine uurtje voor de volgende rondleiding, vulden we met een wandeling door het ernaast gelegen Rainbow Springs. Een audiofoon gaf interessante uitleg over het leven van de forellen in de kristalheldere beken en de plaatselijke flora en fauna. Een soort Planckendael, maar kleinschaliger. Kiwi Encounter is een initiatief om de uitroeiïng van Kiwi’s tegen te gaan en geïnteresseerden te laten kennis maken met deze rare kruising tussen zoogdier en vogel. De enkel in Nieuw-Zeeland voorkomende loopvogel, de grootte van een kip maar zonder vleugels of staart, heeft met de komst van de mens een resem vijanden op zijn territorium zien verschijnen. Tegen honden, katten, wilde varkens en possums heeft ie geen verweer en ratten hebben het op de eieren gemund. De mens zelf rijdt hen plat op de wegen. Om de overlevingskansen te verhogen, worden te eieren uit de nesten gehaald en in broedkasten overgebracht. Pas wanneer de jonge vogel voldoende gewicht heeft om zich te kunnen verweren, wordt hij terug naar zijn plaats van oorsprong gebracht. Er was juist die nacht eentje uit zijn ei gekropen. Die moeders mogen het wel hebben: ze moeten een ei van bijna een derde van hun lichaamsgrootte eruit persen! Het mannetje heeft het zittend werk. Hij broedt gedurende 80 dagen, waarbij de 2 eieren geregeld gekeerd worden om misgroeiïngen van de kleine te voorkomen en gaat dan naar de volgende twee die zijn –vaste- partner alweer heeft gelegd. Aan de barsten in het ei kunnen de onderzoekers zien of het een zorgzame vader was die keerde met zijn bek, of eentje die er zijn voeten aan veegde.

De Kiwi is een nachtdier en de stressgevoelige diertjes mogen niet gefotografeerd worden. Deze zie je wel langs vele wegen...
Na de Kiwi was het de beurt aan de schapen. Enkele kilometers verder ligt Agrodome. In 1972 had een farmersfamilie het idee om een centje mee te pikken door toeristen te laten kennismaken met hun activiteiten. We kregen een overzicht van de verschillende schapenvariëteiten en hun eigenschappen, zagen een schapenscheerder aan het werk en volgden een Border Collie bij het schapendrijven.

Verschillende soorten schapen en hun kwaliteiten

De oude bok speelde ook mee
Voor de terugkeer naar Auckland hadden we nog één punt te doen: het schiereiland van Coromandel. We reden richting Thames, met de bedoeling daar te overnachten, maar dat stadje stond ons totaal niet aan. Dus, verder maar weer over het kronkelbaantje langs de kust tot in Coromandel zelf.
Op onze laatste dag namen we, ipv de normale kustroute, een onverharde doorsteek over de bergen naar Hahei. We moesten een uur voor laag tij op Hot Water Beach zijn, waar een strook strand vrijkomt waar warm water opborrelt, weer verhit door de rots op 2 kilometer onder de grond gelegen. Het was er een toeloop en gewring om een kuil te kunnen uitgraven voor een warmwaterbad. Op sommige plaatsen is het zand zo heet dat je voetzolen na enkele seconden verbranden. In plaats van tussen de massa te liggen weken, gingen we een strijd aan met de golven. Ze waren een formaatje te groot voor ons. De angst om meegesleurd te worden was groter dan het plezier en we legden er ons letterlijk bij neer. Kijken naar de va-et-vient van warmwatertoeristen en naar de surfers die de golven ook niet getemd kregen, was ook leuk.

Hot Water Beach
Het volgende wonder der natuur dat we moesten aanschouwen was Cathedral Cove. Van aan de parking slingerde een wandelpad langs de rotsen naar beneden om dertig minuten lager uit te komen bij een indrukwekkend uitgesleten doorgang. Langs beide kanten lokte een uitnodigend strand...maar ons zwemgerief lag meer dan dertig minuten hoger.

Cathedral Cove

Varens in alle maten en gewichten

Binnenland rond Hahei

Op terugweg van Cathedral Cove

De strandjes zijn van elkaar gescheiden door rotspartijen
We hadden uiteindelijk, op onze laatste vakantiedag de mooie zandstrandjes gevonden! Deze kustlijn lag er vol van. De badkledij was nog nat en zout van de duik van ’s morgens, maar we wrongen ons op de achterbank er terug in en zwommen en luierden de rest van de dag in het turkoisblauwe water en op het fijne zand onder een zon van 27 graden en een lichte bries.

Deze golven waren perfect om in te springen
Met 3400 km op de teller zat de reis erop. Als we al niet ontdekt hadden dat België de plaats is waar we horen, dan zouden onze koffers snel gepakt zijn! De ruimte, de rust, de onbeschrijfelijk mooie natuur met al zijn variatie in vorm, kleur en geur. Kristalhelder water en geen vuiltje in de lucht. Het land is bovendien één pretpark met alle mogelijkheden van sport en avontuur en daarenboven een golfterrein en vliegstrip in elk boerendorp. In plaats van te kunnen schrappen, moeten we nu wel terug om ons door de delen die we niet in ons schema gepropt kregen, de noord- en zuidpunt, te laten verrassen.

Polynesische Spa in Rotorua
Donderdag moesten we nog maar eens met de wekker opstaan voor de vertoning van 10 uur in de Whakarewarewa Thermal Area. Rond Rotorua zijn zo veel thermische attracties, dat we de raad van de motelbaas gevolgd hebben en zijn favoriete keuze genomen hebben. Op het domein is in een ‘Bokrijkhoek’ een Maoridorp nagebouwd. Heel primitief, maar dat was het waarschijnlijk ook. In de show zongen en dansten nazaten in strooien rokjes voor een publiek van hoofdzakelijk Aziaten die alles op video vastlegden. Het verzoek om op de paden te blijven, staat er niet voor niets. Tussen de dichte begroeiïng verschijnen stoomwolken op onvoorspelbare tijdstippen en plaatsen. Vreemd hoe die planten daar willen staan met het risico op verbrande onderdelen. Het meest spectaculaire is een rotsige zone waar geisers metershoog spuiten. We hadden geluk, want het had die nacht geregend. Het water sijpelt de grond in, wordt warm gestookt op de gloeiende rotsen, meters tot kilometers onder de grond, waarna de stoom zich een uitweg zoekt tussen de barsten in de aarde en sissend vrij komt. Hoe meer regen er valt, des te hoger gaat het. Overal komt rook uit kleine gaten en spleten. Modderpoelen borrelen en spuwen klodders aarde in het rond. Echt mooi is het niet en het is een stinkende bedoening, maar wel indrukwekkend tot akelig. Ik hield de grootste constant in ’t oog voor het geval dat hij eens écht in gang zou schieten.

Geiser

Vulkanisch landschap
Wat ik absoluut nog wou zien, was een Kiwi en dan nog liefst van dichtbij. In het park was er wel een Kiwihuis, maar het was er pikkedonker en de beesten lieten zich niet zien. Op onze weg naar het noorden passeerden we een Kiwi-reservaat. Het kleine uurtje voor de volgende rondleiding, vulden we met een wandeling door het ernaast gelegen Rainbow Springs. Een audiofoon gaf interessante uitleg over het leven van de forellen in de kristalheldere beken en de plaatselijke flora en fauna. Een soort Planckendael, maar kleinschaliger. Kiwi Encounter is een initiatief om de uitroeiïng van Kiwi’s tegen te gaan en geïnteresseerden te laten kennis maken met deze rare kruising tussen zoogdier en vogel. De enkel in Nieuw-Zeeland voorkomende loopvogel, de grootte van een kip maar zonder vleugels of staart, heeft met de komst van de mens een resem vijanden op zijn territorium zien verschijnen. Tegen honden, katten, wilde varkens en possums heeft ie geen verweer en ratten hebben het op de eieren gemund. De mens zelf rijdt hen plat op de wegen. Om de overlevingskansen te verhogen, worden te eieren uit de nesten gehaald en in broedkasten overgebracht. Pas wanneer de jonge vogel voldoende gewicht heeft om zich te kunnen verweren, wordt hij terug naar zijn plaats van oorsprong gebracht. Er was juist die nacht eentje uit zijn ei gekropen. Die moeders mogen het wel hebben: ze moeten een ei van bijna een derde van hun lichaamsgrootte eruit persen! Het mannetje heeft het zittend werk. Hij broedt gedurende 80 dagen, waarbij de 2 eieren geregeld gekeerd worden om misgroeiïngen van de kleine te voorkomen en gaat dan naar de volgende twee die zijn –vaste- partner alweer heeft gelegd. Aan de barsten in het ei kunnen de onderzoekers zien of het een zorgzame vader was die keerde met zijn bek, of eentje die er zijn voeten aan veegde.

De Kiwi is een nachtdier en de stressgevoelige diertjes mogen niet gefotografeerd worden. Deze zie je wel langs vele wegen...
Na de Kiwi was het de beurt aan de schapen. Enkele kilometers verder ligt Agrodome. In 1972 had een farmersfamilie het idee om een centje mee te pikken door toeristen te laten kennismaken met hun activiteiten. We kregen een overzicht van de verschillende schapenvariëteiten en hun eigenschappen, zagen een schapenscheerder aan het werk en volgden een Border Collie bij het schapendrijven.

Verschillende soorten schapen en hun kwaliteiten

De oude bok speelde ook mee
Voor de terugkeer naar Auckland hadden we nog één punt te doen: het schiereiland van Coromandel. We reden richting Thames, met de bedoeling daar te overnachten, maar dat stadje stond ons totaal niet aan. Dus, verder maar weer over het kronkelbaantje langs de kust tot in Coromandel zelf.
Op onze laatste dag namen we, ipv de normale kustroute, een onverharde doorsteek over de bergen naar Hahei. We moesten een uur voor laag tij op Hot Water Beach zijn, waar een strook strand vrijkomt waar warm water opborrelt, weer verhit door de rots op 2 kilometer onder de grond gelegen. Het was er een toeloop en gewring om een kuil te kunnen uitgraven voor een warmwaterbad. Op sommige plaatsen is het zand zo heet dat je voetzolen na enkele seconden verbranden. In plaats van tussen de massa te liggen weken, gingen we een strijd aan met de golven. Ze waren een formaatje te groot voor ons. De angst om meegesleurd te worden was groter dan het plezier en we legden er ons letterlijk bij neer. Kijken naar de va-et-vient van warmwatertoeristen en naar de surfers die de golven ook niet getemd kregen, was ook leuk.

Hot Water Beach
Het volgende wonder der natuur dat we moesten aanschouwen was Cathedral Cove. Van aan de parking slingerde een wandelpad langs de rotsen naar beneden om dertig minuten lager uit te komen bij een indrukwekkend uitgesleten doorgang. Langs beide kanten lokte een uitnodigend strand...maar ons zwemgerief lag meer dan dertig minuten hoger.

Cathedral Cove

Varens in alle maten en gewichten

Binnenland rond Hahei

Op terugweg van Cathedral Cove

De strandjes zijn van elkaar gescheiden door rotspartijen
We hadden uiteindelijk, op onze laatste vakantiedag de mooie zandstrandjes gevonden! Deze kustlijn lag er vol van. De badkledij was nog nat en zout van de duik van ’s morgens, maar we wrongen ons op de achterbank er terug in en zwommen en luierden de rest van de dag in het turkoisblauwe water en op het fijne zand onder een zon van 27 graden en een lichte bries.

Deze golven waren perfect om in te springen
Met 3400 km op de teller zat de reis erop. Als we al niet ontdekt hadden dat België de plaats is waar we horen, dan zouden onze koffers snel gepakt zijn! De ruimte, de rust, de onbeschrijfelijk mooie natuur met al zijn variatie in vorm, kleur en geur. Kristalhelder water en geen vuiltje in de lucht. Het land is bovendien één pretpark met alle mogelijkheden van sport en avontuur en daarenboven een golfterrein en vliegstrip in elk boerendorp. In plaats van te kunnen schrappen, moeten we nu wel terug om ons door de delen die we niet in ons schema gepropt kregen, de noord- en zuidpunt, te laten verrassen.

0 Comments:
Post a Comment
<< Home